Huisregels More Chi Martial Arts

 

Discipline speelt bij alle vormen van vechtkunst een grote rol. Een grote mate van discipline draagt bij aan een ordelijk verloop van de trainingen en vergroting van prestaties door betere concentratie op de training. More Chi Martial Arts kenmerkt zich als school door een enigszins “losse” manier van lesgeven, zeker ten opzichte van meer traditionele scholen. Dit sluit in de filosofie van de school meer aan bij onze westerse levensstijl en bij de persoon van de oprichter. Desondanks onderkent de school het belang van discipline voor een goede beoefening van de vechtkunst. Daarom volgt hieronder een aantal regels waaraan men zich als leerling van de school More Chi Martial Arts dient te houden om de trainingen ordelijk en gedisciplineerd te laten verlopen.

Gebruik van de vechtkunst binnen en buiten de dojo

  • Respect voor elkaar en voor de trainers staat voorop. Elke vorm van verbaal of fysiek (anders dan welke natuurlijkerwijze voortvloeit uit de training) geweld binnen of buiten de dojo is uit den boze.
  • Bij het trainen van een vechtkunst leer je omgaan met gevaarlijke technieken, je leert je ledematen en je lichaam als geheel als wapens te hanteren. Tegelijkertijd leer je in te schatten wanneer het wel of niet noodzakelijk is geweld te gebruiken. In de meeste situaties is dit niet noodzakelijk! Gebruik je dus geweld (de vechtkunst die je traint) buiten de dojo, dan loop je het risico dat dit je door de rechter zwaar wordt aangerekend en er een zware straf voor wordt opgelegd.
  • Indien een leerling excessief geweld gebruikt binnen of buiten de dojo, dan leidt dit tot onmiddellijke verwijdering uit de school.

Aanspreekvormen en gedrag ten aanzien van de trainer(s)

  • De trainers worden tijdens de trainingen, afhankelijk van hun status, aangesproken met respectievelijk Sensei (meester) of Sempai (assistent, “oudere” (in de zin van: meer ervaren)), eventueel gevolgd door zijn of haar naam. Buiten de trainingen mogen de trainers bij de voornaam worden genoemd.
  • Opdrachten van de trainers dienen zonder enige vorm van discussie te worden uitgevoerd. Indien men het niet eens is met een opdracht of de manier waarop deze wordt overgebracht, kan dit na de training met de (desbetreffende) trainer worden besproken.

Groetrituelen

  • Zowel bij aanvang als bij afsluiting van de training vindt er een groetritueel plaats, waarbij eerst zittend wordt gegroet, gevolgd door een staande groet naar de trainer(s):
    • Zittende groet: uitgangspositie is de Zazen, ofwel zittende meditatiehouding. Er heerst absolute stilte in de dojo. De persoon met de een na hoogste status (in de dojo) begint met een groet aan de persoon met de hoogste status die niet in de dojo aanwezig is. Vooralsnog is dat bij ons de uitspraak: “Sensei ni rei” (in de toekomst wordt dit “Shihan ni rei”). Hierop maakt iedereen een statige buiging met gestrekte rug naar de grond, waarbij de armen voorlangs kruisen en naar buiten bewegen.
    • Staande groet: men maakt met de rechterhand een vuist, met de knokkels naar boven. Tegen de vuist plaatst men de gestrekte linkerhand (als bij de shuto). Beide handen worden op borsthoogte van het lichaam weggeduwd, met een lichte, statige buiging. Personen met een bruine band of hoger groeten elkaar bij een staande groet hetzelfde, maar de groet wordt voorafgegaan door met links naar voren te stappen en de groet uit te voeren in nekoashi dachi, met de rechtervoet voor.
  • Bij het betreden en verlaten van de school (of kleedkamers) is het gebruikelijk elkaar te groeten met “Tadjoe” (gegroet), eventueel samen met de bewegingen die horen bij de staande groet.
  • Bij het betreden en verlaten van de dojo betuigt men respect aan de trainingsruimte door een lichte buiging met gestrekte rug en met de handen strak langs het lichaam.
  • Bij het betreden van de dojo nadat het groetritueel voor de start van de training heeft plaatsgevonden, dient men bij de ingang van de dojo te wachten tot de lesgevende persoon hem of haar heeft opgemerkt en groet. Er wordt in dit geval alleen in staande houding gegroet.

Kleding

  • Als beginner wordt men slechts verplicht tot het dragen van het rode school-T-shirt.
  • Uiterlijk na het behalen van de witte band wordt men geacht een kempo of kung fu gi aan te schaffen, bestaande uit een zwarte pantalon en een zwarte jas.
  • Indien men een graduatie heeft behaald, dient men ten allen tijde de bijbehorende obi (band) te dragen.

Overige regels

  • Men dient altijd op tijd te zijn voor de start van de trainingen. Toestemming voor uitzondering op deze regel wordt alleen verleend als de hoofdtrainer ruim van tevoren op de hoogte is gesteld. Zo niet, dan dient de leerling strafoefeningen uit te voeren die door de trainer worden bepaald.
  • Indien men eerder dan normaal wil stoppen met de training, dient men dit voorafgaand aan de training aan de trainer(s) kenbaar te maken.
  • Men mag de dojo tijdens de training alleen verlaten nadat hiervoor toestemming is gevraagd aan de lesgevende persoon en nadat in staande houding is gegroet.
  • Rusten tijdens de training is niet gebruikelijk, maar indien nodig en na toestemming van de lesgevende persoon gaat men in zazen of kleermakerszit aan de kant van de dojo Het is niet toegestaan om in kempo of kung fu gi op de bank te zitten.

Bij het (herhaaldelijk) niet naleven van de huisregels kan de trainer of de organisatie van More Chi Martial Arts naar gelang de zwaarte van de overtreding besluiten tot verwijdering uit de dojo, tijdelijke schorsing of gehele verwijdering uit het ledenbestand van de school. In elk van deze gevallen vindt er geen restitutie plaats van het betaalde abonnementsgeld.